<= =>

LET OP, dit ontwerp wordt NIET ingevoerd,
dit is een archief tekst.

Besluit van de Vlaamse Regering houdende de voorwaarden voor het rijonderricht en de erkende rijscholen.

Titel 4. Het personeel van een filiaal

Hoofdstuk 5. De opleiding tot lesgever die belast is met de vorming van begeleiders rijbewijs B

Art. 121.

De vorming voor begeleiders, vermeld in hoofdstuk III/1 van het koninklijk besluit van 10 juli 2006, mag alleen worden gegeven door lesgevers die over een lestoelating II of III beschikken en die de opleiding, vermeld in dit hoofdstuk, hebben gevolgd.

Art. 122.

De opleiding, vermeld in artikel 121, wordt georganiseerd door organisaties van nationale en internationale experten.

Art. 123.

De opleiding, vermeld in artikel 121, mag niet worden aangeboden zonder dat het bestuur het programma en het draaiboek van de opleiding voorafgaandelijk heeft goedgekeurd. Die goedkeuring is geldig voor een kalenderjaar.

De inhoud van het programma en het draaiboek stemt minstens overeen met bijlage 3, die bij dit besluit is gevoegd.

De opleidingsverstrekker bezorgt voor de goedkeuring, vermeld in het eerste lid, elk jaar een uitgewerkt programma en draaiboek van de opleiding, alsook een overzicht van de geplande opleidingsmomenten voor het komende jaar aan het bestuur. De opleidingsverstrekker doet dat minimaal een maand voor de aanvang van de opleiding of, als een programma en draaiboek al eerder zijn goedgekeurd, minstens een maand voor de goedkeuring afloopt.

Art. 124.

De opleiding, vermeld in artikel 121, duurt minstens zeven uur.

Art. 125.

Na afloop van de opleiding, vermeld in artikel 121, reikt de opleidingsverstrekker een getuigschrift uit aan de lesgever, waarvan het model is opgenomen in bijlage 4, die bij dit besluit is gevoegd. De minister kan het model wijzigen.

Een afschrift van het getuigschrift, vermeld in het eerste lid, wordt bijgehouden in het filiaal waar de lesgever zijn functie uitoefent.

De schorsing of intrekking van de lestoelating heeft van rechtswege de schorsing of de intrekking van het voormelde getuigschrift tot gevolg.

Art. 126.

In het jaar waarin de lesgever het getuigschrift, vermeld in artikel 125, eerste lid, behaalt, wordt de minimumduur van de opleiding, vermeld in artikel 114, §2, verminderd met de duurtijd van de opleiding, vermeld in artikel 124.


<= =>

Nieuwe vraag en antwoord.

Editeer vraag en antwoord.