<= =>

Titel III. Examens

Hoofdstuk 3. Examens

Afdeling 5/1. Onregelmatigheden

Artikel 43-1

Deze afdeling is van toepassing op de examens die afgelegd worden in een examencentrum als vermeld in artikel 25 van het koninklijk besluit betreffende het rijbewijs.

Artikel 43-2

Als de examinator of de medewerker van het examencentrum in het kader van het examen basiskwalificatie, het gecombineerde examen of het aanvullende examen basiskwalificatie meent dat er sprake is van een onregelmatigheid van de kandidaat of van de begeleider, de instructeur of de stagiair-instructeur van de kandidaat, schort hij de evaluatie van de kandidaat op tot op het moment dat er een beslissing over de vastgestelde onregelmatigheid is genomen.

De examinator of de medewerker van het examencentrum brengt de betrokkene op de hoogte van de relevante feitelijke gegevens en van de eventuele stukken waaruit de vastgestelde onregelmatigheid blijkt.

De betrokkene wordt onmiddellijk in zijn verdediging gehoord over de onregelmatigheid die hem wordt verweten.

Nadat de betrokkene is gehoord of, als de betrokkene niet gehoord kon of wou worden, nadat de onmogelijkheid om de betrokkene te horen is vastgesteld, wordt onmiddellijk beslist of er zich al dan niet een onregelmatigheid heeft voorgedaan.

Naar aanleiding van de vastgestelde feiten wordt een proces-verbaal opgemaakt waarin al de volgende onderdelen zijn opgenomen:

1° de identificatie- en contactgegevens waaronder het rijksregisternummer van de betrokkene;

2° de identificatiegegevens van de medewerker van het examencentrum, vermeld in het eerste en tweede lid;

3° de identificatiegegevens van de medewerker van het examencentrum, vermeld in het zevende lid;

4° de gegevens van het examen basiskwalificatie, het gecombineerde examen of het aanvullende examen basiskwalificatie;

5° alle relevante feitelijke gegevens, eventueel aangevuld met alle dienstige stukken;

6° een verslag van het horen;

7° de gegevens of de stukken die de betrokkene meedeelt of bezorgt;

8° de beslissing, de opgelegde maatregelen en de motiveringen die tot de aanneming ervan hebben geleid.

Het proces-verbaal wordt in twee exemplaren opgesteld en wordt ondertekend. Een van beide exemplaren wordt met een beveiligde zending aan de betrokkene bezorgd. Het examencentrum bewaart het andere exemplaar en bezorgt een kopie daarvan binnen twee werkdagen aan het Departement op de wijze die het Departement bepaalt. Als de betrokkene een begeleider, een instructeur of een stagiair-instructeur is, wordt er ook een kopie met een beveiligde zending aan de kandidaat bezorgd.

Het horen van de betrokkene, het nemen van de beslissing over de vastgestelde onregelmatigheid en de opmaak en de ondertekening van het proces-verbaal gebeurt, in alle onafhankelijkheid, door een andere medewerker van het examencentrum dan de medewerker, vermeld in het eerste en tweede lid.

Als wordt beslist dat er sprake is van een onregelmatigheid, worden al de volgende maatregelen opgelegd:

1° de kandidaat wordt uitgesteld voor het examen;

2° de betrokkene wordt uitgesloten van het afleggen van een examen of het begeleiden van kandidaten tijdens een examen in de examencentra voor:

a) drie maanden in de volgende gevallen:

1) verstoring van de orde;

2) het niet-naleven van richtlijnen of instructies die examinatoren of medewerkers van het examencentrum hebben gegeven;

3) elke vorm van verbale agressie, met uitzondering van bedreigingen als vermeld in punt b);

b) zes maanden in geval van bedreigingen of in geval van fysieke agressie tegen zaken;

c) twaalf maanden in geval van een poging tot fraude of fraude of bij elke vorm van fysieke agressie tegen personen.

De betrokkene kan beroep indienen bij de beroepscommissie, vermeld in artikel 47 van het koninklijk besluit betreffende het rijbewijs, conform de procedure, vermeld in artikel 44 van dit besluit.

Artikel 43-3

Als het Departement nadat de kandidaat het examen basiskwalificatie, het gecombineerde examen of het aanvullende examen basiskwalificatie heeft afgelegd, kennis krijgt van fraude of van een poging tot fraude door de kandidaat of door de begeleider, de instructeur of de stagiair-instructeur van de kandidaat in het kader van dat examen, deelt het hoofd van het Departement of zijn gemachtigde dat mee aan de betrokkene. Het hoofd van het Departement of zijn gemachtigde brengt de betrokkene daarbij op de hoogte van de relevante feitelijke gegevens en van de eventuele stukken waaruit de vastgestelde onregelmatigheid blijkt.

Het hoofd van het Departement of zijn gemachtigde informeert de betrokkene in de kennisgeving, vermeld in het eerste lid, over de mogelijkheid om met een aangetekende brief of op elektronische wijze een schriftelijk verweer te richten binnen dertig dagen na de datum van de kennisgeving, vermeld in het eerste lid.

Het hoofd van het Departement of zijn gemachtigde beslist of er zich al dan niet een onregelmatigheid heeft voorgedaan. Die beslissing wordt genomen binnen dertig dagen na de dag waarop het hoofd van het Departement of zijn gemachtigde het schriftelijke verweer heeft ontvangen, of, als hij niet tijdig een schriftelijk verweer heeft ontvangen, binnen dertig dagen nadat de termijn, vermeld in het tweede lid, is verstreken, bij gebreke waaraan het hoofd van het Departement of zijn gemachtigde wordt geacht af te zien van een maatregel.

Het hoofd van het Departement of zijn gemachtigde maakt naar aanleiding van de vastgestelde feiten een proces-verbaal op waarin al de volgende elementen worden vermeld:

1° de identificatie- en contactgegevens waaronder het rijksregisternummer van de betrokkene;

2° de identificatiegegevens van het hoofd van het Departement of zijn gemachtigde;

3° de gegevens van het examen basiskwalificatie, het gecombineerde examen of het aanvullende examen basiskwalificatie;

4° alle relevante feitelijke gegevens, eventueel aangevuld met alle dienstige stukken;

5° een samenvatting van het schriftelijke verweer;

6° de gegevens of de stukken die de betrokkene meedeelt of bezorgt;

7° de beslissing, de opgelegde maatregelen en de motiveringen die tot de aanneming ervan hebben geleid.

Het proces-verbaal wordt in twee exemplaren opgesteld en wordt door het hoofd van het Departement of zijn gemachtigde ondertekend. Een van beide exemplaren wordt met een beveiligde zending aan de betrokkene bezorgd. Het Departement bewaart het andere exemplaar en bezorgt een kopie daarvan binnen twee werkdagen aan het examencentrum waar het examen is afgelegd op de wijze die het Departement bepaalt. Als de betrokkene een begeleider, een instructeur of een stagiair-instructeur is, wordt er ook een kopie met een beveiligde zending aan de kandidaat bezorgd.

De beslissing van het hoofd van het Departement of zijn gemachtigde dat er sprake is van een onregelmatigheid, heeft al de volgende gevolgen:

1° het examen van de kandidaat wordt ongeldig verklaard;

2° het examenresultaat wordt gewijzigd in een uitstel voor het examen;

3° de betrokkene wordt voor twaalf maanden uitgesloten van het afleggen van een examen of van het begeleiden van kandidaten tijdens een examen in de examencentra.

De betrokkene kan beroep indienen bij de beroepscommissie, vermeld in artikel 47 van het koninklijk besluit betreffende het rijbewijs, conform de procedure, vermeld in artikel 44 van dit besluit.

Artikel 43-4

Het examen dat wordt afgelegd na het examen waar een onregelmatigheid is vastgesteld maar vóór de datum van de beslissing tot uitsluiting wegens een onregelmatigheid, en het examen dat wordt afgelegd gedurende de periode waarin de kandidaat uitgesloten is van het afleggen van een examen wegens een onregelmatigheid, zijn ongeldig en het examenresultaat wordt gewijzigd in een uitstel.


<= =>

Nieuwe vraag en antwoord.

Editeer vraag en antwoord.