<= =>

1 DECEMBER 1975. - Koninklijk besluit houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.

Titel II: Regels voor het gebruik van de openbare weg

Artikel 35. Veiligheidsgordels en kinderbeveiligingssystemen

violation 235.1.1. De bestuurder en de passagiers van auto’s die aan het verkeer deelnemen, moeten de veiligheidsgordel dragen, op de plaatsen die ermee zijn uitgerust.

violation 3Kinderen van minder dan 18 jaar en kleiner dan 135 cm moeten worden vervoerd in een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem.

violation 3Op de zitplaatsen die niet zijn uitgerust met een veiligheidsgordel worden geen kinderen vervoerd van minder dan 3 jaar. Op de zitplaatsen voorin die niet zijn uitgerust met een veiligheidsgordel worden geen kinderen vervoerd van minder dan 18 jaar en kleiner dan 135 cm.

violation 3Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing in voertuigen bestemd voor het vervoer van personen met meer dan acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet meegerekend, in taxi’s en in voertuigen bestemd voor het geregeld en de bijzondere vormen van geregeld vervoer van personen, zoals bedoeld in artikel 2, eerste lid, A en B, van de besluitwet van 30 december 1946 betreffende het bezoldigd vervoer van personen over de weg met autobussen en autocars. In taxi’s waarin geen kinderbeveiligingssysteem aanwezig is, worden kinderen van minder dan 18 jaar en die kleiner zijn dan 135 cm op een andere zitplaats dan een van de zitplaatsen voorin in het voertuig vervoerd.

violation 3Kinderen van minder dan 18 jaar worden niet in een naar achteren gericht kinderbeveiligingssysteem op een passagierszitplaats met een voorairbag vervoerd, tenzij deze airbag is uitgeschakeld of automatisch op toereikende wijze wordt uitgeschakeld.

violation 3violation 2De bestuurder en de passagier van motorvoertuigen die aan het verkeer deelnemen andere dan auto’s, moeten de veiligheidsgordel dragen op de plaatsen die ermee zijn uitgerust. De kinderen van minder dan 3 jaar moeten worden vervoerd in een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem. Kinderen van 3 jaar of meer en minder dan 8 jaar moeten worden vervoerd in een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem, of de veiligheidsgordel dragen.

violation 3Op een tweewielige bromfiets of een motorfiets met een maximale cilinderinhoud van 125 cm3, moeten kinderen van drie jaar of meer en minder dan acht jaar worden vervoerd in een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem.

violation 3In afwijking van het zesde lid, tweede en derde zin, mogen kinderen onder de drie jaar niet worden vervoerd op een tweewielige bromfiets of op een motorfiets; kinderen van drie jaar of meer en minder dan acht jaar mogen niet worden vervoerd op een motorfiets met een cilinderinhoud van meer dan 125 cm3.

violation 3In afwijking van het vorige lid mogen kinderen van minder dan acht jaar worden vervoerd in een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem dat geplaatst is in de zijspanwagen van een motorfiets.

violation 335.1.2. In afwijking van artikel 35.1.1, tweede lid, mag, in voertuigen bestemd voor het vervoer van personen met ten hoogste acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet meegerekend, en in voertuigen bestemd voor het vervoer van goederen met een maximale toegelaten massa van ten hoogste 3,5 ton, wanneer het na installatie van twee kinderbeveiligingssystemen, niet mogelijk is nog een derde kinderbeveiligingssysteem te installeren en deze beveiligingssystemen in gebruik zijn, op de andere zitplaatsen dan de zitplaatsen voorin in het voertuig, een derde kind van 3 jaar of ouder en kleiner dan 135 cm worden vervoerd, indien het de veiligheidsgordel draagt.

violation 3In afwijking van artikel 35.1.1, tweede lid, mogen, in geval van incidenteel vervoer over korte afstand, in voertuigen bestemd voor het vervoer van personen met ten hoogste acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet meegerekend, en in voertuigen bestemd voor het vervoer van goederen met een maximale toegelaten massa van ten hoogste 3,5 ton, waarin geen of een onvoldoend aantal kinderbeveiligingssystemen beschikbaar is, op de andere zitplaatsen dan de zitplaatsen voorin in het voertuig, kinderen van 3 jaar of ouder en kleiner dan 135 cm worden vervoerd, indien zij de veiligheidsgordel dragen. Dit geldt niet met betrekking tot kinderen waarvan een ouder het voertuig bestuurt.

violation 3violation 235.1.3. De veiligheidsgordel en het kinderbeveiligingssysteem worden gebruikt op een wijze die de beschermende werking ervan niet negatief beïnvloedt of kan beïnvloeden.

35.2.1. Worden evenwel vrijgesteld van het verplicht gebruik van de veiligheidsgordel en het kinderbeveiligingssysteem :

de bestuurders die achteruit rijden;

de bestuurders van taxi’s wanneer zij een klant vervoeren;

De bestuurder van een prioritair voertuig, bedoeld in artikel 37, wanneer hij personen vervoert die een potentiële bedreiging vormen of in de onmiddellijke omgeving van de plaats van de interventie.

De passagiers van een prioritair voertuig, bedoeld in artikel 37, wanneer een persoon die een potentiële bedreiging vormt, wordt vervoerd of in de onmiddellijke omgeving van de plaats van de interventie of wanneer ze de persoon verzorgen die wordt vervoerd.

de personen die in het bezit zijn van een vrijstelling op grond van gewichtige medische tegenindicaties afgeleverd door de Minister bevoegd voor verkeersveiligheid, of zijn gemachtigde, of, indien zij in het buitenland wonen, door de bevoegde instanties van dat land.

De verschuldigde vergoeding voor het aanvragen van een vrijstelling bedraagt 20 euro. Elk jaar op 1 januari, wordt dit bedrag aangepast aan de gezondheidsindex volgens de volgende formule: het basisbedrag vermenigvuldigd met de nieuwe index en gedeeld door de oorspronkelijke index. De nieuwe index is de gezondheidsindex van de maand november van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin het bedrag zal worden aangepast. De oorspronkelijke index is de gezondheidsindex van november 2021. Het bekomen resultaat wordt afgerond naar de hogere euro indien het deel in decimalen groter of gelijk is aan vijftig cent. De afronding gebeurt naar de lagere euro indien dit deel kleiner is dan vijftig cent.

De Minister bevoegd voor verkeersveiligheid stelt de modaliteiten van afgifte, de modaliteiten voor de betaling van de retributie, de geldigheidsduur en het model van de vrijstelling vast.

de beambten van de Post, wanneer zij, in het kader van de postbedeling en postophaling, achtereenvolgens, op plaatsen die op korte afstand van elkander gelegen zijn, postzendingen uitreiken of ophalen.

35.2.2. De vrijstelling bedoeld in artikel 35.2.1, 4°, moet worden vertoond op elk door een bevoegd persoon gedaan verzoek.


<= =>

Nieuwe vraag en antwoord.

Editeer vraag en antwoord.