1 DECEMBER 1975. - Koninklijk besluit houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
Titel III. Verkeerstekens
Hoofdstuk II: Verkeersborden
Artikel 66. Gevaarsborden
66.1. De gevaarsborden worden rechts geplaatst; wanneer de plaatsgesteldheid het niet toelaat mogen zij evenwel boven de rijbaan geplaatst worden.
Zij mogen herhaald worden op de plaatsen waar het verkeer het rechtvaardigt.
66.2. Met uitzondering van de verkeersborden A45 en A47 die aan of in de onmiddellijke nabijheid van de overweg geplaatst worden, worden de gevaarsborden aangebracht op ongeveer 150 m afstand van de gevaarlijke plaats.
In bijzondere omstandigheden mogen zij evenwel op een kleinere of grotere afstand dan 150 m aangebracht worden; in dit geval wordt bij benadering de afstand tussen het teken en de gevaarlijke plaats op een onderbord aangeduid.
66.3. De lengte van een gevaarlijk gedeelte van de openbare weg kan aangeduid worden door een onderbord van volgend model:

66.4. De gevaarsborden worden hierna afgebeeld.
A1
Gevaarlijke bocht
Bocht naar links.

Gevaarlijke bocht
Bocht naar rechts.

Gevaarlijke bocht
Dubbele bocht of opeenvolging van meer dan twee bochten, de eerste naar links.

Gevaarlijke bocht
Dubbele bocht of opeenvolging van meer dan twee bochten, de eerste naar rechts.
A3

Gevaarlijke daling.
A5

Steile helling.
A7



Rijbaanversmalling.
A9

Beweegbare brug.
A11

Uitweg op een kaai of een oever.
A13

Uitholling overdwars of ezelsrug.
A14

Verhoogde inrichting(en).
A15

Glibberige rijbaan.
Het onderbord van volgend model mag gebruikt worden om aan te duiden dat de weg glad kan zijn ten gevolge van ijzel of sneeuw.

A17

Kiezelprojectie.
A19

Vallende stenen.
A21

Oversteekplaats voor voetgangers.
A23

Plaats waar speciaal veel kinderen komen.
A25

Oversteekplaats voor fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen of plaats waar die bestuurders van een fietspad op de rijbaan komen.
A27

Doortocht van groot wild.
A29

Doortocht van vee.
A31

Werken.
A33

Verkeerslichten.
A35

Overtocht van vliegtuigen op geringe hoogte.
A37

Zijwind.
A39

Verkeer toegelaten in beide richtingen na een gedeelte van de rijbaan met eenrichtingsverkeer.
A41

Overweg met slagbomen.
A43

Overweg zonder slagbomen.
A45

Overweg voor enkel spoor.
A47

Overweg voor twee of meer sporen.
A49

Kruising van een openbare weg door een of meer in de rijbaan aangelegde sporen.
A50

File
A51

Gevaar dat niet door een speciaal symbool wordt bepaald.
Een onderbord duidt de aard van het gevaar aan.